Dag 3 26 nov. Tupiza - Quetena Chica
Blijf op de hoogte en volg Kristin
05 December 2012 | Bolivia, Tupiza
Deze nacht had ik gedroomd en zelfs luidop gepraat zodat Anje ervan wakker werd. Ja, daar verschiet ik niet van. Ik slaapwandel soms en spreek in mijn slaap. :-)
Om 6u15 stond ik als eerste op en ging op het terras waar ik twee zwarte papegaaien zag. Ze schrokken op. Ietsje later zag ik twee groen-rode papegaaien en riep Anje. Ze zaten mooi naast mekaar en waren aan het “kopke krabben”. Het waren kleine exemplaren. Ze schetterden luid. Ik probeerde nog verschillende dingen om Picassa 3 opnieuw open te krijgen maar tevergeefs. Om 8 uur vertrokken we vanuit Hotel Hermosa met twee Italianen, Danillo en Sarah. Edwin was de chauffeur en Karina onze kokkin die vlot Engels sprak. Met een Lexus jeep vertrokken we. Anje en ik hadden ons geïnstalleerd op de bank achter de chauffeur. Achter ons zaten de Italianen. Welk avontuur zouden we beleven? We konden ons niets voorstellen dus het was spannend. Al vlug zagen we Quebrada Palala. Puntige rode rotsen net zoals de tsjings die ik in Madagaskar spijtig genoeg niet heb kunnen zien daar het regenseizoen was en de ingang afgesloten was. Ik genoot dus dubbel van dit wonderbaars. Op 3600 meter zagen we cactussen met rode bloemetjes alsook een canyon in zadelvorm. We reden verder over hobbelige wegen. Stof overal. De wegen waren smal. Hier moest je niet uitschuiven of dat kwam niet goed. Wanneer we een andere jeep passeerden moesten we dicht tegen de afgrond rijden. We passeerden een klein dorpje in the middel of nowhere “Nazaranito” waar er goud te vinden is maar enkel voor gebruik voor de inwoners zelf. :-(
Het landschap werd heuvelachtig met toefjes dorre struiken. Lama's graasden. We maakten een volgende stop aan de “Awaya Pampa” waar vele kuddes lama's liepen. Er was een helderblauwe hemel met soms een wolkje. Het was warm met een fris windje. Ongeveer 17 à 20 graden zei Karina. Wat verderop zagen we Vicunas. Dit is een soort lama met minder dikke wol. Ze zijn aan het uitsterven en dus goed beschermd. Hun kopje lijkt meer op een kameeltje. In het dorp san Oablo de Lipez wonen 62 inwoners. Alle huisjes en de kerk zijn gemaakt uit klei gemixt met grondafval en water. Een pleintje met vier banken, geen enkele boom. Het was er eenzaam. Soms liep een oud vrouwtje over de straat gekleed in de typische klederdracht van wijde rokken. Hun lange zwarte vlechten. Twee hondjes met korte pootjes bedelden ons eten. We hadden een lunch van een slaatje, rijst, patatjes en een gezouten ham met ei rondom. We kregen cola tegen de hoogteziekte. Wie wilde kon pikante chili in zijn slaatje mengen. Ik probeerde een beetje en het viel mee. Anje waagde het zich niet. Met vier mensen hadden we hoofdpijn. Ook Anje voelde voor de eerste keer wat het was een druk te hebben in je hoofd door de hoogte. Ik had in Peru twee dagen hoofdpijn en daarna was het over. We bevonden ons op 3900 meter. Ik dronk wat meer cola. We hobbelden verder over de slechte weg gedurende 40 minuten naar San Antonio de Lipez. Stenen sloegen onderaan tegen de jeep. Vicunas schrokken en raasden als gekken de pampa in. Ze zijn heel schuw. Ezels graasden mee op de pampa. Plots schoten Nandus weg. Dit is een soort struisvogel. Papa en mama beschermden hun zes kleintjes. Zo lief was dat. We passeerden Quinoavelden. Dit is een soort zaad dat je moet koken. Anje kookt daar veel mee zegt ze daar dit veel eiwitten geeft. Hier kunnen ze geen groenten kweken en door die Quinoa hebben ze dan toch hun proteïnen binnen. We passeerden langs het dorp San Antonio de Lipez met opnieuw de lemen huisjes waar zonnepanelen op stonden. :-) Hoe kunnen ze zich dat veroorloven? De jeep baande zich een weg door kleine riviertjes. Bij een vervallen dorp, Pueblo Fantasma, van meer dan 150 jaar oud, hadden we een uitzonderlijk uitzicht op de vallei. Nadat de inwoners goud gevonden hadden steeg de rijkdom naar hun hoofd en zijn ze allen naar de steden vertrokken. Een kerkje lag er verlaten bij. Alle vervallen huisjes waren natuurlijke wc's voor de toeristen. In de Galapagoseilanden zou het niet waar zijn! Daar mag je in het Nationale Park niet urineren of poepen. Hier lag toiletpapier overal. Dit deed me opnieuw aan Madagaskar denken. Daar zijn ook bijna geen toiletten dus moet iedereen in de natuur gaan. Een mooie laguna Morejon trok onze aandacht. In de verte zagen we de vulkaan Uturuncu op 6008 meter hoogte. Wij bevonden ons op 4865 meter. De hoogste vulkaan in Bolivie bevindt zich op 6800 meter Huayuna Potasi. De vulkaan zou niet actief zijn. Ik hoop dat ik geen leugens vertel want de kokkin gaf ons deze uitleg maar het is nog maar haar eerste tour dus...misschien maakte ze ons wat wijs. Normaal gezien google ik alles en lees meer over een bepaald onderwerp of een plaats maar daar we hier vier dagen geen internet hebben , kan ik dit niet en geloof maar onze kokkin. :-) Een beetje verder dachten we dat we zoutlagunes zagen maar de dag nadien zei Karina ons dat het Kollpa is, een soort mineralen en geen zout. Ze leest hier alles af in een boek en weet er dus zelf niet veel van. De chauffeur zegt dat de vulkanen semi actief zijn en de kokkin zei ; niet actief. Ja, wie moet je nu geloven?! :-) De jeep was binnenaan bevuild met stof. Ook wij zaten al goed onder het stof. Mijn haar was poederdroog. En we gaan ons maar pas kunnen wassen in drie dagen! :-( De jeep reed ongeveer 40 km/uur maar het voelde vlugger aan door het weg en weer geschud. Om 18 uur arriveerden we en kregen koffie ( nescafe ) of thee of een slecht smakende soort chocomelkpoeder. Daar werden wat zoutkoekjes en andere zoete koekjes bijgegeven. We aten aan een lange tafel waar vier andere jeeps ook aankwamen. We maakten kennis met mekaar. Anje en ik en de twee Italianen sliepen in één kamer. Vier simpele bedden. Twee wc's en één klein wasbakje voor 16 personen. Hm, hm... Om 19 uur kregen we een groentesoep aangeboden. Daarna een harde kotelet met een lekkere saus van tomaatjes en uien. De puree was heerlijk. Om 21 uur gingen we als eerste uit groep slapen. Ik stak mijn oordopjes diep in want je hoorde elk gerucht van de anderen die nog aan de tafel zaten. Ik merkte dat ik mijn pyamabroek vergeten was in mijn vorig hotel. Ik had die op de deken gelegd aan mijn voeten en bij het openslaan van de deken heb ik die niet meer gezien. Maar dat is geen ramp. Ik heb nog zo'n linnen broek, die ik in Ecuador kocht , die ik kan aantrekken. Eerst had ik het heel koud onder de nochtans dikke dekens maar al gauw kreeg ik het veel te warm. Ook de andere drie van de kamer hadden hetzelfde gevoel. Ik sliep tenslotte heel goed tot 5u45. x
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley