Dag 3 13 juni Flores - Livingston Guatemala - Reisverslag uit Lívingston, Guatemala van Kristin Daelman - WaarBenJij.nu Dag 3 13 juni Flores - Livingston Guatemala - Reisverslag uit Lívingston, Guatemala van Kristin Daelman - WaarBenJij.nu

Dag 3 13 juni Flores - Livingston Guatemala

Door: Kristin Daelman

Blijf op de hoogte en volg Kristin

13 Juni 2012 | Guatemala, Lívingston

Dag 3 13 juni Flores – Livingston Guatemala
Tring tring, 4u45. Vanop mijn balkon zag ik de zon opkomen over het diepblauwe meer. Reeds vele joggers liepen langs de kade. Mensen lieten hun hond uit of gingen naar hun werk. Het leven is hier anders dan bij ons. Alles begint vroeger, bij zonsopgang. Om 5u40 zou een taxi mij oppikken en naar het busstation rijden. Echter stond ik daar nog om 5u55. Oei, dat komt niet goed. De bus vertrekt om 6 uur!!! Om zeker te zijn nam ik een” tuk tuk” die me naar het busstation voerde. Daar hielpen verschillende mannen mij om de juiste bus te vinden waar ik een zitplaats gereserveerd had. Er werd verschillende malen gebeld naar een telefoonnummer op mijn ticket maar blijkbaar wist niemand iets. Een behulpzame man liet me opstappen op een oude versleten bus met alle ruiten stuk! Hm, normaal gezien had ik een luxebus besteld aan 120 Quetzales = 12 €. Er waren ook geen gereserveerde zitplaatsen voorzien. Ik zette me dan maar op een plaats waar twee vrije plaatsen waren. De bus was vuil, er speelde geen film. Bon ja, beter dan niks. Ik zette mijn hoed op het bovenste schap en besloot maar van te slapen, zo gaat alles vlug voorbij. De bus stopte op verschillende plaatsen waardoor ik een sigaretje kon gaan roken en wat eten kon kopen. Na 4,5 uur hoorde ik plots roepen: “ Riu Dulce”. Ik dacht dat het in mijn droom was maar na een paar keer werd ik wakker, pakte mijn rugzak, plooide mijn dekentje op en liep zo vlug mogelijk de bus af. Oef, stel je voor dat ik niet wakker werd. :) Waar zou ik dan uitgekomen zijn? Een man sprak me aan om naar het dok van Riu Dulce te gaan waar je een lancha = bootje moet nemen naar Livingston. De steigers van Rio Dulce zijn het vertrekpunt om per boot naar hotel, jungle lodge of river lodge te gaan. Ik betaalde 125 Quetzales = 12,5 €. De boot zou binnen twee uur vertrekken. Aan de brug over de Rio Dulce maakte ik een fotostop. De brug is één van de langste van Centraal Amerika met aan de ene zijde de rivier Rio Dulce en aan de andere kant het meer Lago de Izabal. Het weer was mooi en het panorama kon niet beter zijn. Wat weinigen weten is dat in deze regio Leopold I probeerde een Belgische kolonie te stichten in 1843. De Compagnie Belge de Colonisation van graaf de Hompesch, een privaat bedrijf, kocht het gebied van Santo Tomás de Castilla met de hulp van Leopold I en dat werd bij de arme bevolking in België gepropageerd als het beloofde land ”Verapa”. Dat het ganse project hopeloos de mist inging en een grandioze mislukking was stond allicht in de sterren geschreven. Santo Tomás heet nu Matías de Gálvez en is thans de drukste handelshaven van het land. Ik dropte mijn valies in het loket en langs de overkant installeerde ik me op een terras waar ik een lekker fris vers fruitsapje kocht en een milkshake banaan. Ik volgde de voetbal mee op een klein tv scherm. Iedereen stemde voor Portugal. Men riep luidruchtig. De Rio Dulce = zoete rivier, is een rivier van 43 kilometer in het departement Izabal van Guatemala. De rivier stroomt van het Izabalmeer naar de Golf van Honduras (Caribische Zee). De Dulce mondt bij het plaatsje Livingston uit in de Golf van Honduras. Daar wilde ik heen. Langs de oevers van de rivier en het meertje El Golfete is het nationaal park Río Dulce gevestigd. Dit natuurgebied heeft een oppervlakte van 130 km². Tussen de luchtwortels van de mangrove die de oevers bedekt, zijn her en der hutten op palen gebouwd door de Q'eqchi'-indianen, die leven van vis- en vogeljacht. Plots besefte ik dat ik mijn hoed op de bus laten liggen heb. Ja, in alle haast en half in mijn slaap, heb ik daar niet meer aan gedacht. Wat vond ik dit spijtig, maar niet aan te doen. Beter een hoed dan bvb mijn geldbeugel. We zaten met acht in de lancha. We passeerden aan het prachtige Castillo de San Felipe. Dit is een klein koloniaal fort in het oosten van het Latijns-Amerikaanse land Guatemala. Het fort ligt aan de ingang van het Izabalmeer. Het werd hier in 1651 gebouwd in opdracht van koning Filips II van Spanje om te voorkomen dat piraten het meer vanuit de Caraïbische Zee konden bereiken. Vele vogels in de mangroves, paalhutten, mensen wasten zich of zwommen in de rivier. Vrouwen deden de was. Mannen of kinderen vaarden in een kano. Wij beschermen zo erg onze kinderen en hier vaart een tienjarige alleen in een kano. Vissers langs de oever. Rond El Golfete bevindt zich ook de biotoop Chacon Machacas, dat werd opgericht om de lamantijnen te beschermen. Hierna vernauwt de rivier zich en loopt de laatste negen á tien kilometer, tot aan de monding van de rivier bij de Bahia de Amatique bij Livingston, door een spectaculaire met steile krijtrotswanden ommuurde Buqueron Canyon. We maakten een stop aan een hotspring waar we met de voeten in het hete water baadden. Na een paar uur belandden we in Livingston. Livingston, of La Buga, was jarenlang de voornaamste havenstad van het departement Izabal en staat vooral bekend om haar Garifuna bevolking. De geschiedenis van de zwarte Garifuna’s gaat terug tot 1635, toen twee Spaanse schepen met slaven uit het huidige Nigeria schipbreuk leden voor de kust van het eiland San Vicente (nu St. Vincent). De slaven ontsnapten en werden gastvrij onthaald door de inheemse bevolking van het eiland met wie zij zich snel vermengden. Na de invasie van het eiland door de Engelsen in 1796 werden de Garifuna’s gedeporteerd, eerst naar Jamaica en later naar het eiland Roatán, dat nu tot Honduras behoort. Van daaruit zijn de Garifuna’s later uitgewaaierd over de Golf van Honduras, waar ze nu leven (van het zuiden van Belize tot in Nicaragua). In Livingston en omliggende dorpen wonen naar schatting vierduizend Garifuna’s. 75 % van de bevolking is zwart.
Het huidige Livingston is een intrigerende Caribische stad en staat bekend om zijn ongewone mix van Garifuna, Maya, Indiase en Latino bevolking en cultuur. . In de straten van Livingston worden typische lekkernijen, zoals coconut bread, snacks (sweet coconut) en tapadon (overheerlijk!) en handgemaakte accessoires verkocht. De geluiden van Punta Rock en Reggae, die overal te horen zijn vanuit de restaurants en bars maken de Caribische sfeer compleet. Op ongeveer 5 kilometer van Livingston ligt Playa Blanca, een schitterend, schoon, wit zandstrand. ( Dit heb ik niet gezien door het slechte weer ). Onze kapitein bezocht met al de meisjes van de boot een paar hotels. Hotel Leguana, waar we allen dachten te overnachten, was te ver afgelegen van het centrum. Er was ook geen private badkamer. Daarna hoorden we dat er veel drugs verhandeld werd en gevaarlijker was daar het afgelegen ligt. We belandden allen in een “ chinees” hotel “ Rios Tropicales “. Een single room met private badkamer aan 100 Qutazelas = 10 €. Ik heb twee bedden, een tafelje en een stoel ( waar ik mijn blog kan schrijven :) ) een ventilator, koud water en internet op de kamer. Ik douchte me. Het zweet droop van me af. Ik denk zo’n 35 graden. Op een terras at ik tapado, een specialitiet van hier. Het is een typische Garifuna schotel, een rijke vissoep met krab, grote garnalen, bakbanaan en kokosnotenmelk. Het smaakte me. Ik zweette wel nog meer dan voorheen. :) Ik nam een smakelijke pina colada. Ik slenterde de straat af. Vele kraampjes met wat prulletjes en juweeltjes. De typische kelderdracht van Guatemala en de geuren en smaken van de uitgedoste marktkramers miste ik hier. Ik bevond me meer op Jamaica dan in Guatemala. :) Om 19u45 wilde ik aan mijn blog beginnen maar ik was opnieuw zo moe! Ik sliep de klok rond…

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Kristin

Eindelijk is het bijna zo ver. Mijn droom wordt werkelijkheid. " We reizen niet om te ontdekken, maar om te zien wat ontdekt is " 17 november 2011 vertrek ik alleen en met de rugzak het onbekende tegemoet en dit gedurende 1 jaar en 3 maanden.... Ik zal jullie allemaal missen en ik hoop dat mijn 2 hondjes het zonder mij zullen redden! :-) Als maskotte neem ik een Belgische knuffelbeer mee.

Actief sinds 06 Juli 2011
Verslag gelezen: 477
Totaal aantal bezoekers 271281

Voorgaande reizen:

17 November 2011 - 28 Februari 2013

Mijn eerste reis

Landen bezocht: